top of page

Paniekaanval op werk



Het is 16.00 uur. Ik ben al twee uur aan het werk en merk dat ik nuttig bezig ben. Er staan een paar To Do’s op de lijst, die ik al snel kan afvinken. Dat geeft toch altijd wel een fijn gevoel. Ik zit achter de computer in de salon en terwijl ik mijn laatste mailtje aftik, is daar ineens mijn hart die tegen me spreekt met drie intense hartkloppingen. Zonder dat ik door heb waarom dit nu gebeurt gaat er een deel van mij gevoelsmatig op het puntje van de stoel zitten. Uiterste alertheid. Het is als een kat die een geluid waarneemt en snel zijn kop omgooit om te zien waar het vandaan komt. Terwijl hij met grote ogen gefixeerd kijkt, zie je aan alles dat hij op ieder moment keihard weg kan gaan rennen. Diezelfde alertheid voel ik in mij. Het is alsof alle sensoren in mijn lijf, elke innerlijke sensatie als door een vergrootglas gaat bekijken. Geen één ademhaling, hartklopping, pijntje, krampje gaat aan de sensoren voorbij. En bij iedere waarneming die niet normaal lijkt te zijn, wordt de opkomende paniek groter.

Het is alsof iemand op de rode noodknop drukt in mijn mind en alle negatieve gedachten uit de kast worden geschoten.

“NEEE, NIET WEER!” “Waarom ik?” “Zal ik dan toch iets aan mijn hart hebben?” “Wat voel ik daar? Word ik nu ook licht in mijn hoofd? Ga ik zo neervallen?” “Wat als ik straks dood neerval?! Ik wil niet dood!!!” De angst voor de dood komt als een dikke sluier boven mijn hoofd hangen. Ik ervaar het gevoel dat het leven zo fragiel kan zijn en elk moment kan stoppen. “Maar ik ben te jong hiervoor.” Heel zacht hoor ik ook het stemmetje dat ik niet bang hoef te zijn, dat ik rustig mag blijven, dat ook dit voorbij gaat. Maar vandaag is het stemmetje zo zacht en onbereikbaar. Ik WEET wat ze zegt, alleen zijn de negatieve gedachten enorm sterk. Het is alsof ik over wordt genomen door iemand anders.

Hoewel het gevoel van willen vluchten er is, zit ik als bevroren in elkaar gezakt op de stoel vast. Opgesloten in mijn lijf. Opgesloten in de sensaties. Opgesloten in mijn gedachten. Bang om op te staan. Bang omdat het lijkt alsof ik te weinig energie heb om te gaan bewegen en dan neer zal vallen. Ik verlang naar een rustig plekje om te gaan liggen of zitten. Maar ook dat is eng, want wat als er iets gebeurd en ik dan alleen ben?!

De tranen branden in mijn ogen. Ik zou ze graag de ruimte geven, maar ik wil niet dat mijn collega’s of de gasten het zien. Ik besluit toch naar een ander tafeltje te lopen en sprokkel wat moed bij elkaar. Er heerst complete chaos van binnen, mijn hele systeem lijkt de weg kwijt te zijn. De gedachten schreeuwen tegen me en ik weet niet meer welke ik moet volgen. Van de week had ik mij voorgenomen te kijken of ik mijn ademhaling kan observeren als er paniek op zou komen. Maar de adem lijkt nog redelijk rustig en de spanning op mijn buik is er niet. Daar lijkt het dus niet aan te liggen. Daarop focussen lijkt dus niet de oplossing. Ik heb ook geleerd om er bij te blijven. De paniek hoeft niet te vertrekken en niet hoeft te blijven. Ze is welkom. Dit voelt op dit moment alleen absoluut niet binnen mijn bereik. Ik heb mezelf compleet verloren aan de paniek.

Zal ik afleiding zoeken in de pc? Nee, dat werkt niet. Zal ik naar de wc gaan? Nee, die is te ver weg. Zal ik mijn zusje bellen? Nee, die is aan het werk.

In een poging mijn verhaal kwijt te kunnen en rust te vinden bij mijn vriend, hang ik teleurgesteld na een minuut weer op. Hij is niet alleen en kan dus niet vrij uit praten. Ik besluit mijn schoonzusje te bellen. Ik hang een poosje met haar aan de lijn en de angst lijkt even te zakken. We hangen op. Maar geen minuut later komt de paniek weer. De tranen rollen over mijn wangen. Al snikkend bel ik mijn moeder op. Ze heeft al snel door dat ik even wil praten om afleiding te hebben. Ze weet inmiddels dat ik goed reageer op wat praten, focus op andere dingen. We praten over koetjes en kalfjes en dat lijkt effect te hebben. Na een paar minuten begin ik enorm te gapen. Niet zo zeer van vermoeidheid, maar om de vastgezeten energie kwijt te raken. Een enorme kou overvalt me. Langzaam voel ik mij zakken in mijn rust. Mijn moeder hoort het ook, ik krijg al weer meer praatjes. 20 minuten hangen we aan de lijn en ik voel me al weer een stuk beter.

Op de achtergrond sluiert het nog, maar er lijkt weer licht zichtbaar in de donkerte. Op het toilet wordt me duidelijk dat ik echt iets moet kwijt. Mijn lijf gooit er van alles uit. (ik zal de details achter wegen laten haha). Ik bekijk mezelf in de spiegel en zie er vermoeid uit. Mijn bloeddoorlopen ogen verraden dat de paniekaanval veel energie heeft geëist. Mijn collega’s zijn inmiddels naar huis en ik ben alleen. Gezien de tijd moet ik naar de kantine lopen om te gaan eten, maar als ik bedenk dat het twee etages van me verwijderd is en ik geen energie voel om die te bereiken, komt de angst er in tranen uit. Ik voel me rillerig, ik moet wel wat gaan eten. Ik spreek mezelf liefkozend toe, dat ik het wel red. Voor er andere stemmetjes weer de baas worden, besluit ik naar boven te lopen. Met iedere hap word ik iets meer misselijk en bedenk dat het nu echt tijd wordt mijn zusje te bellen. My lifesaver in times of panic. De tijd verraadt dat ze klaar is met werken en ze neemt dan ook direct op.

Als een ware engel laat ze een rust van energie over me heen vallen. Ik kan niet uitleggen wat er precies gebeurt, maar ze weet de juiste dingen te zeggen. Ze luistert echt en weet mij te kalmeren. Langzaam lost de mist in mijn mind op. De negatieve gedachten verdwijnen als wolkjes voor de zon. Ik kom weer bij zinnen. Ik voel weer ruimte in mijn lijf en ruimte in mijn hoofd. En als je mij nu (een paar uur na de aanval) vraagt wat er nou werkelijk de trigger is, wat er nou werkelijk aan de hand is, moet ik mijn schouders op halen. Ik kijk er nu naar en zie geen reden tot paniek. Ik ben er nog steeds. Ik ben nog steeds dezelfde als voor de aanval. Ik weet dat niets blijvend is en dat ik mij daar ook nooit in kan vinden. De angst om dood te gaan, dit leven te verliezen is iets wat ik mag omarmen. Dat is de enige zekerheid die ik heb in dit leven. Ik zal mijn fysieke lichaam verlaten. Waar ben ik dan daadwerkelijk bang voor? Waarom heb ik zo’n “cling to life”? Ik weet het niet. Nog niet. Ik weet dat er een moment komt dat ik het ga zien, dat ik het kan voelen. Voor nu mag ik dealen met de aanvallen. En Thank God, ze worden al veel minder.

Ik probeer steeds meer over mijn paniek te vertellen. Hoe meer ik dat doe, hoe meer mensen ik tegen kom die hetzelfde hebben. Of iets wat er op lijkt. Wat me veelal opvalt dat men er niet over durft te praten. Dat ze het verstoppen. Dat ze bang zijn voor veroordeling. Maar please lieve mensen, lets talk about it. Er zijn genoeg mensen die door dit soort paniekaanvallen of angststoornissen in een isolement raken. Zichzelf op gaan sluiten en zo hun energie vastzetten. Dat is niet de oplossing. Lets share. Your story matters!! Het geeft al zoveel meer ruimte als je het kan delen! Er zijn genoeg mensen op deze prachtige wereld die naar jouw verhaal willen luisteren. Die jou een vorm van veiligheid kunnen geven. Je bént veilig! Believe me. But are you willing to see your fear differently? Are you willing to experience love and light in the dark?

Daniëlle Wetser, 13-05-2019

Recente blogposts

Alles weergeven

SHITNESS.

bottom of page